Vrouw Holle

Je vindt de weduwe met haar dochters bij de waterput die naar vrouw Holle leidt. De ene dochter is overgoten met goud en de andere dochter moet in de put van de weduwe.

Het sprookje:

In het sprookje van Vrouw Holle heeft een weduwe 2 dochters. De ene is knap en ijverig en de andere is lelijk en lui. De weduwe heeft een voorkeur voor de lelijke en laat de knappe dochter alle klusjes opknappen. Elke dag spint het meisje bij de put en op een dag komt er bloed aan de spoel. Als ze deze bij de put wil schoonmaken valt de spoel erin en duikt ze erachteraan om deze op te halen. Dan komt ze in een wonderland terecht. Ze komt langs broden die vragen om uit de oven te worden gehaald en appels die uit de boom willen worden gehaald. Ze doet dat en ziet dan een oud vrouwtje. Die vraagt haar te blijven en belooft dat ze het goed zal hebben. Het meisje wil liever niet naar huis en blijft. Als tegenprestatie moet zij elke dag het bed opschudden zodat het op aarde sneeuwt.

Dan krijgt het meisje toch heimwee en vraagt naar huis te mogen. Vrouw Holle brengt het meisje naar de poort waar ze door gouden regen worden overspoeld. Als rijk meisje komt ze thuis. Als de moeder erachter komt hoe het meisje rijk is geworden wil ze dat ook voor haar andere dochter. Ze spint, prikt zich en duikt in de put. De eerste dag doet de lelijke dochter braaf de klusjes, maar al snel wordt het haar teveel. Ze komt niet meer vroeg uit haar bed. Weigert het brood uit de oven te halen of de appels van de boom. Het oude vrouwtje is heel teleurgesteld en zegt het lelijke meisje weer naar huis te gaan. Het lelijke meisje is blij, want ze verwacht nu dat ze ook met goud overspoeld thuis te komen. Echter nadat deze dochter door de poort is gegaan wordt ze niet overgoten met goud, maar met pek.